Waar ligt je ambitie? Wat lijkt je interessant aan het werken als verzekeringsarts?

Wil je hier nog meer informatie over? Of begin je liever aan het gesprek?

Koffiepauze!

Je zit al even, tijd voor een break dus. Wat drink jij liever in je pauze, koffie of thee?

Wachten wachten

In de wachtkamer wordt vaak gelezen door onze cliënten.
Heb jij een goede leestip voor ons?

Waarom ben jij arts geworden?

Dit doe je door te kijken naar:

  • welke beoordeling en welke wet van toepassing is,
  • of er rekening moet worden gehouden met bijzondere wetsartikelen,
  • wat er nodig is om tot een beoordeling te komen,
  • welk protocol of richtlijn van toepassing is,
  • welke behandelmogelijkheden er nog zijn of cliënt al heeft gehad en wat de prognose is of kan zijn,
  • wat het beloop van de aandoening/klacht is geweest,
  • wat voor medische informatie er beschikbaar is,
  • hoe de bedrijfsarts of de vorige verzekeringsarts de belastbaarheid heeft ingeschat,
  • je maakt een eerste inschatting van de belastbaarheid.

Was het allemaal duidelijk voor je? Of wil je graag nog een keer luisteren?

Wat spreekt jou het meeste aan?

Was het allemaal duidelijk voor je? Of wil je graag nog een keer luisteren?

Wil je de ruimte verlaten?

Bedankt!

Klik op de button hieronder om direct naar het formulier te gaan.

Disclaimer

Algemeen
Deze gebruikersvoorwaarden zijn van toepassing in de 360-omgeving voor de “Digitale meekijkdag voor verzekeringsartsen”, gerealiseerd in opdracht van UWV.

Door gebruik van de 360-omgeving verbindt u zich ertoe deze gebruikersvoorwaarden na te leven en te aanvaarden. De verstrekte informatie is met zorg en uiterste zorgvuldigheid samengesteld. UWV wil hiermee een impressie van het specialisme van de verzekeringsarts weergeven voor wervingsdoeleinden. Alle personages zijn door acteurs gespeeld. Aan de verstrekte informatie kunnen geen rechten worden ontleend.

Intellectuele eigendomsrechten en auteursrechten
Teksten, beeldmateriaal, software, benamingen, logo’s en andere bestanddelen van deze omgeving zijn beschermd door intellectuele rechten en behoren UWV of derden toe. Kopiëren, verspreiden en elk ander gebruik van deze materialen is niet toegestaan zonder schriftelijke toestemming van UWV, behoudens en slechts voor zover anders bepaald in regelingen van dwingend recht (zoals citaatrecht), tenzij bij specifieke materialen anders aangegeven is. Voor al het beeldmateriaal is toestemming ontvangen van de desbetreffende acteurs welke hebben meegewerkt aan deze opnames.

Informatie in de omgeving
Alles wat u ziet is opgenomen volgens de op dat moment geldende richtlijnen van het RIVM i.v.m. COVID-19. Middels de pauze button kunt u de fragmenten kort pauzeren. De totale duur van de digitale meekijk tool is ongeveer 45 minuten. Wilt u eerder de omgeving verlaten? Klik dan op de button ‘contact opnemen’.

Een verzekeringsarts vertelt:

‘Het specialisme verzekeringsgeneeskunde is heel breed. Net als bij de huisarts komen mensen met de meest uiteenlopende klachten bij ons langs. Maar wij houden ons ook bezig met de maatschappelijke component: wat iemands gezondheid betekent voor zijn maatschappelijk functioneren. Die combinatie is voor mij een belangrijke reden om verzekeringsarts te worden.’

Wetsinformatie

In Nederland is arbeidsongeschiktheid door ziekte verzekerd. De eerste twee jaar geldt de loondoorbetalingsverplichting van de werkgever of de Ziektewet. Tijdens de loondoorbetalingsverplichting vindt begeleiding plaats door een bedrijfsarts en volgt na twee jaar een beoordeling door de verzekeringsarts. De Ziektewet geldt voor arbeidsongeschikten die geen werkgever (meer) hebben, maar wel hebben gewerkt. Hierbij valt het hele proces binnen UWV. De cliënt kan een Ziektewetuitkering van UWV krijgen als:

  • zij uitzendkracht is,
  • haar contract afloopt tijdens de ziekte,
  • of als de cliënt een WW-uitkering krijgt.
Wij beoordelen de arbeidsongeschiktheid en begeleiden het beloop en de re-integratie. Bij de Ziektewet ligt de eerste twee jaar de focus op herstel voor eigen werk en/of re-integratie in ander werk. Voor de Ziektewet is een voorbeeld van een korte casus met de hoofdvraag ‘Is de cliënt geschikt voor het eigen werk?’. Vragen die hierbij horen zijn: ‘Welke aandoening heeft de cliënt?’, ‘Welke belemmeringen ervaart de cliënt?’

Achtergrondinformatie bij het uitvragen van een arbeidsanamnese

Voor ons als verzekeringsarts is het belangrijk om te vragen naar de 6 A’s, deze staan hieronder uitgewerkt. Voor een groot deel is de informatie over arbeid al in het dossier aanwezig doordat de re-integratiebegeleider het dossier voorbereid. Indien er meer specifieke of gerichte vragen zijn over de arbeidsinhoud wordt de arbeidsdeskundige gevraagd om een zogenoemd maatstafonderzoek te doen. Hier kan tot in detail worden beschreven in hoeverre er sprake was van bepaalde belasting in arbeid. Een voorbeeld hiervan is het aantal kilo’s dat iemand handmatig moest tillen, hoe vaak dit voorkwam (dagelijks of incidenteel, hoevaak per uur e.d.) en of er mogelijkheden waren om gebruik te maken van een hulpmiddel. Dergelijke informatie is relevant voor de verzekeringsarts om een zorgvuldig oordeel te kunnen vellen of de belasting in deze arbeid de belastbaarheid van een cliënt al dan niet overschrijdt. Indien er sprake is van ziekte en daaruit voortvloeiende beperkingen en alsmede de conclusie is dat de belastbaarheid van een cliënt wordt overschreden, dan spreken we van arbeidsongeschiktheid in de zin van de Ziektewet.

Arbeidsomstandigheden:
Hieronder wordt verstaan het fysieke, psychologische en sociale klimaat waarin wordt gewerkt.
Arbeidsverhoudingen:
Hoe was de sfeer op het werk? Was er goed contact met leidinggevende en collega’s?
Arbeidsinhoud:
Wat moest iemand exact doen? Het betreft een zorgvuldige omschrijving van de taken die tijdens het werk voorkwamen.
Arbeidsvoorwaarden:
Om wat voor soort dienstverband ging het (loondienst, uitzendkracht, ZZP)? Hoeveel uur per week was iemand werkzaam? Moest iemand vaak overuren draaien?
Arbeidszingeving:
Hieronder wordt verstaan of iemand voldoening haalden uit het werk. Had de cliënt er nog wel langer willen werken of juist niet?
Arbeidsperspectief:
Indien het dienstverband niet was beëindigd, had de cliënt er dan nog langer kunnen werken? Was het een financieel stabiel bedrijf of waren er zorgen over bijvoorbeeld een faillissement?

Informatie over de cliënt

Cliënt was laatstelijk werkzaam als huismeester, en is uitgevallen voor dit werk met toegenomen cognitieve klachten. De medische voorgeschiedenis vermeldt een verkeersongeval in 2000 waarbij hij geschept werd door een auto toen hij zelf op de fiets zat. Cliënt werd naar het ziekenhuis gebracht en er bleek sprake te zijn van een contusio cerebri met bewusteloosheid (10 minuten) en retrograde anamnese. Er werd toen een CT-scan gemaakt maar hierop werden geen afwijkingen gezien. Ook werd er een neuropsychologisch onderzoek verricht waarbij een wisselend geheugenprofiel werd waargenomen, mogelijk door variërende aandacht, concentratie en snelheid van informatieverwerking. Cliënt heeft behandeling gehad in een revalidatiekliniek in verband met NAH (Niet Aangeboren Hersenletsel) waar hij met name heeft geleerd hoe hij een planning kan maken en waar hij begeleiding heeft gehad voor de acceptatieproblemen. Cliënt was voorheen werkzaam als monteur 40 uur per week maar kon dit werk vanwege deze beperkingen niet meer verrichten. Hij heeft een WAO-uitkering ontvangen en is hervat in ander werk voor een gering aantal uren.

We gaan de cliënt uitnodigen naar binnen te komen.

Klik op de deur om de cliënt binnen te laten komen.

Indien een cliënt arbeidsongeschikt wordt geacht is het volgende waar:

Kan het adviseren van ‘rust’ leiden tot een toename van medische klachten?

Toelichting

Het goede antwoord is ja. Het adviseren van ‘rust’ is niet concreet waarbij het risico bestaat dat cliënten steeds minder gaan ondernemen. Het herstelgedrag wordt passief waardoor er een negatieve spiraal ontstaat en het herstel zelfs belemmerd kan worden. Het houden van ritme en regelmaat in de dag zijn essentieel. Daarnaast is het belangrijk dat mensen perspectief houden en hierbij kan UWV ook ondersteunen.

Onderzoek psyche:
Aandacht goed te trekken en te behouden, vraagt meerdere malen hetzelfde, aanwijzingen voor kortetermijngeheugen stoornis. Komt kwetsbaar en enigszins rigide over.

Medische overwegingen:
Uit het nieuwe neuropsychologisch onderzoek (NPO) blijkt dat er sprake is van cognitieve stoornissen: verwerken van informatie, inprentingstoornis, werkgeheugenproblemen en gerichte aandacht. Er is sprake van vertraagd handelingstempo en zeer traag leestempo. Beperkt in instructies opvolgen. Premorbide IQ wordt geschat als licht verstandelijk beperkt. Deze stoornissen lijken te zijn toegenomen ten opzichte van de NPO uit 2002 (ook het IQ wordt lager geschat). Cliënt kon op zijn werk minder zelfstandig functioneren en had moeite met problemen oplossen. Tevens waren er toegenomen vermoeidheidsklachten. Er was sprake van frequent verzuim. Gelet op de aanzienlijke cognitieve stoornissen kan ik me voorstellen dat het functioneren is afgenomen en dat de cliënt dus niet meer volledig geschikt is voor de maatgevende arbeid. Met name door de zelfstandigheid, beslisvaardigheid en probleemoplossend vermogen dat nodig is in het huidige werk. De geclaimde klachten van cliënt zijn derhalve plausibel.

Weet je zeker dat je wilt terugkeren naar de wachtkamer?

Na het verlaten is het niet mogelijk om terug te keren naar deze onderzoekskamer.

Een verzekeringsarts vertelt:

'Verzekeringsgeneeskunde is een divers en verdiepend vak​. Je kijkt verder dan diagnose en behandeling​. Als verzekeringsarts bij UWV krijg je daarnaast alle kansen voor loopbaanontwikkeling’.

Wetsinformatie

Bij de WIA ligt de focus op belastbaarheid en werken naar vermogen. De beoordeling is voor mensen die na 104 weken nog arbeidsongeschikt zijn voor het eigen werk of algemeen geaccepteerd werk. Eerder heb je gehoord over de term belastbaarheid en hoe we daarmee omgaan in een spreekuur. De belastbaarheid is essentieel voor een WIA-beoordeling. Aan de hand daarvan wordt het inkomensverlies berekend door de arbeidsdeskundige. Bij meer dan 35% inkomensverlies (in passend werk, rekening houdend met beperkingen van cliënt) ontstaat er recht op een uitkering. Het grootste deel van de uitkeringsgerechtigden heeft beperkingen maar kan in een passende functie wel werken. Deze groep wordt begeleid naar werk door UWV WERKbedrijf. Een kleiner percentage cliënten wordt (op medische gronden) volledig arbeidsongeschikt geacht. Enkele volledig arbeidsongeschikten komen in aanmerking voor een IVA (Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten). Dat houdt in dat zij duurzaam volledig arbeidsongeschikt zijn. Naast de volledige arbeidsongeschiktheid is er ook geen verbetering van de situatie te verwachten. Deze cliënten hoeven niet meer te solliciteren naar passend werk.

Als de gezondheid verbetert of verslechtert kan dat invloed hebben op de mogelijkheden om te werken. De verzekeringsarts geeft ook altijd aan wanneer een herbeoordeling dient plaats te vinden, meestal omdat de verzekeringsarts verwacht dat de aandoening is verbeterd en/of de beperkingen zijn afgenomen. De belastbaarheid wordt dan opnieuw in kaart gebracht en het inkomensverlies wordt met de nieuwe belastbaarheid weer berekend.

Voor de WIA is een voorbeeld van een korte casus met hoofdvraag: ‘Is er sprake van ziekte waaruit beperkingen volgen? En zo ja, wat is de belastbaarheid?’.
Vragen die hierbij horen zijn: ‘welke aandoening heeft de cliënt’ en ‘hoe ervaart de cliënt zijn belemmeringen?’.

Dossierstudie

Uit de anamnese blijkt dat mevrouw acht jaar geleden een auto-ongeval heeft gehad met als gevolg een tibia-plateau fractuur rechts. Nadien altijd wel wat klachten van de rechterknie gehad bij lang lopen en traplopen. Cliënt kon haar werk er echter wel goed meedoen. Geleidelijk kreeg cliënt steeds meer last van de knie. Drie jaar geleden verergerde dit acuut na het verstappen bij hardlopen. De orthopeed constateerde een artrose in de rechterknie. Cliënt is uiteindelijk een jaar geleden geopereerd (osteotomie). De operatie verminderde de klachten. Cliënt loopt niet meer met krukken. De orthopeed zegt dat er nog wel enige verbetering te verwachten is. Cliënt merkt zelf het afgelopen half jaar weinig verbetering meer.

Momenteel ervaart mevrouw vooral nog pijn in de rechterknie. De pijn is soms, diep vanbinnen, stekend van karakter. De pijn is er niet in rust, alleen bij inspanning en aan het eind van de werkdag. Soms voelt de knie ook stijf, vooral in de ochtend. Cliënt zegt de knie niet volledig te kunnen bewegen. Cliënt verwacht niet dat dit nog verder zal verbeteren. Ze denkt wel met wat aanpassingen het eigen werk voor de volledige uren weer te kunnen gaan doen. Cliënt gebruikt voor de lange behandelingen nu een sta kruk. Cliënt denkt niet lang gebogen of gehurkt te kunnen werken dus die taken doet ze of niet of maar eens per dag. Met dat soort aanpassingen zou cliënt goed kunnen werken, zegt ze. Cliënt gebruikt geen pijnstilling meer, alleen soms wat paracetamol als ze te veel heeft gedaan.
Om de totale belastbaarheid te kunnen beoordelen is een volledig spreekuur nodig. Je hebt net de samenvatting van de arbeidsanamnese gelezen. Voor dit spreekuur focussen we op de belastbaarheid van de knie en de gevolgen daarvan in het dagelijks leven.

Welke van onderstaande punten zouden belangrijk zijn op basis van de ervaren klachten?

Kies er 2

Lopen en traplopen

Op basis van de ervaren klachten zou vooral lopen en traplopen belangrijk zijn. Bij knieklachten zijn staan en tillen ook belangrijk. Overige punten kunnen, maar hoeven niet noodzakelijk te zijn.

We gaan de cliënt uitnodigen naar binnen te komen.

Klik op de deur om de cliënt binnen te laten komen.

Lichamelijk onderzoek

Bij lichamelijk onderzoek werden de volgende afwijkingen gevonden bij cliënt:

  • Cliënt heeft een normaal looppatroon bij het ophalen uit de wachtkamer;
  • Cliënt verkiest de lift naar de 1 etage boven met de trap te gaan;
  • Cliënt kan gedurende het spreekuur (60 minuten) rustig op de stoel zitten met haar been onder de stoel;
  • Cliënt hoeft niet te gaan staan of het been te strekken;
  • Functie onderzoek knie: lichte flexie- en extensiebeperking van de rechterknie, verder geen duidelijke afwijkingen. Ook niet aan rug of nek. Normale kracht van beide benen.

Wil je graag informatie over de wet WIA?

Alles overwegend wat denk je dat de belastbaarheid is van mevrouw Visser op gebied van lopen?

Alles overwegend wat denk je dat de belastbaarheid is van mevrouw Visser op gebied van traplopen?

Alles overwegend wat denk je dat de belastbaarheid is van mevrouw Visser op het gebied van staan tijdens het werk?

Alles overwegend wat denk je dat de belastbaarheid is van mevrouw Visser op het gebied van tillen?

Weet je zeker dat je wilt terugkeren naar de wachtkamer?

Na het verlaten is het niet mogelijk om terug te keren naar deze onderzoekskamer.

Een verzekeringsarts vertelt:

'Ons werk begint waar het voor andere artsen eindigt.'

Wetsinformatie

Naast de Ziektewet en de WIA is er een derde arbeidsongeschiktheidswet, de WAJONG. Sinds de ingang van de Participatiewet in 2015 heeft de WAJONG ook een update gekregen (WAJONG 2015 nu genaamd). Met de update is de manier waarop we WJAONG-ers beoordelen veranderd. Waar de Ziektewet en de WIA zich focussen op mensen die uitvallen voor werk, vanwege ziekte, is dat niet het geval bij de WAJONG. Deze wet is bedoeld voor jonggehandicapten, mensen die vanwege ziekte beperkingen hebben voor werk voor hun 18e levensjaar. De meest voorkomende aandoeningen zijn: congenitale syndromen, een verstandelijke beperking, ​Autisme ​Spectrum ​Stoornis ​(ASS) en gedragsstoornissen. Maar ook andere aandoeningen op jonge leeftijd komen voor. Deze groep heeft meestal niet gewerkt, alleen school gevolgd. Om die reden wordt er in de WAJONG 2015 niet gekeken naar het laatste werk (dat is er meestal niet) of naar inkomensverlies. Wel beoordelen we de belastbaarheid, maar deze wordt niet vastgelegd in een FML en er wordt geen ‘arbeidsongeschiktheid’ percentage berekend. Waar het in de WAJONG 2015 om draait is arbeidsvermogen. De ondergrens van arbeidsvermogen is gedefinieerd in vier criteria. Iemand heeft wel arbeidsvermogen als hij/zij:

  1. Gedurende tenminste een periode van een uur aaneengesloten kan werken, zonder substantiële onderbreking en
  2. vier uur per dag belastbaar is (of twee uur per dag, waarbij cliënt het wettelijk minimumloon zou kunnen verdienen) en
  3. voldoende basale werknemersvaardigheden heeft en
  4. een taak in een arbeidsorganisatie kan verrichten.
Bij het eerste beoordelingspunt gaat het niet zozeer om de claim ‘Ik kan me niet lang concentreren door mijn ADHD’ of ‘Ik moet meerdere keren per uur naar het toilet door een exacerbatie van de Crohn’. De noodzaak om iemand bij te sturen is er als hij/zij zelf niet kan onderkennen dat hij op enig moment niet adequaat functioneert. Of hij/zij onderkent dit wel, maar kan zichzelf daarin niet corrigeren. Punt een is uniek aan de WAJONG 2015 beoordeling. In de volgende casus zal daarom dit aspect van de anamnese belicht worden. Maar in het totale spreekuur worden alle criteria van arbeidsvermogen en de volledige belastbaarheid uitgevraagd.

4. Een taak in een arbeidsorganisatie kan verrichten.

De ondergrens van arbeidsvermogen is gedefinieerd in vier criteria. Iemand heeft wel arbeidsvermogen als hij/zij:

  1. Gedurende ten minste een periode van een uur aaneengesloten kan werken, zonder substantiële onderbreking en
  2. Vier uur per dag belastbaar is (of twee uur per dag, waarbij cliënt het wettelijk minimumloon zou kunnen verdienen) en
  3. Voldoende basale werknemersvaardigheden heeft en
  4. Een taak in een arbeidsorganisatie kan verrichten.

Punt 4 is alleen aan de arbeidsdeskundige om te beoordelen op grond van de belastbaarheid zoals de verzekeringsarts dit heeft vastgesteld. Punt 3 is grotendeels ook voor de arbeidsdeskundige, maar de verzekeringsarts kan ook vaststellen dat dit een probleem is op medische gronden. Het gaat er bij dit punt onder andere om dat cliënt opdrachten van de werkgever kan begrijpen, onthouden, uitvoeren en nakomen, samen met het hebben van enige sociale vaardigheden. Punt 1 en 2 zijn alleen aan de verzekeringsarts om te beoordelen. Punt 2 volgt daarbij dezelfde regels/richtlijn als de ziektewet en de WIA. Met punt 1 wordt vooral bedoeld dat iemand forse aansturing nodig heeft, meerdere keren per uur, om een taak of activiteit te kunnen volhouden of afmaken om medische redenen.

Dossierinformatie

Uit dossierstudie blijkt dat Rick een chromosoomafwijking heeft met een milde verstandelijke beperking (IQ van 55). Hij woont thuis bij zijn ouders. Cliënt volgt praktijkonderwijs. Het praktijkonderwijs heeft de volgende informatie ingestuurd: 'Rick is een vriendelijke jongen die graag wil helpen. Hij houdt van vogels kijken en tekenen en kan daar uren mee bezig zijn. Het duurt redelijk lang voor Rick iets nieuws geleerd heeft, maar daarna kan hij het wel zelf doen. Dat is dan wel in een veilige en bekende omgeving. Rick heeft een stage gedaan op het werk van zijn moeder in de bedrijfskantine van een verzorgingstehuis. Dit ging helaas niet zo goed.

Extra informatie

We kijken mee met het stuk van de anamnese dat over criteria 1 gaat: kan Rick een uur aaneengesloten werken?

* Gedurende ten minste een periode van één uur aaneengesloten kan werken, zonder substantiële onderbreking.

Denk jij dat Rick een uur aaneengesloten kan werken?

Ja

Zo lijkt het van wel, hij kan zelf ontbijt maken, uren naar vogels kijken en deze tekenen.

Wat denk je nu van het arbeidsvermogen? Kan Rick een uur aaneengesloten werken?

Nee

Nu blijkt toch dat Rick te veel sturing nodig heeft, dus geen arbeidsvermogen.

Afsluiting

Aanvankelijk lijkt het of Rick wel arbeidsvermogen heeft door de dingen die hij thuis zelfstandig kan doen. Maar een thuissituatie is niet hetzelfde als een werksituatie. Om te beginnen is er thuis meer veiligheid en duidelijkheid. In die situatie lijkt Rick wel wat te kunnen doen, maar wanneer cliënt op een onbekende plek komt met een langdurige taak lijkt het toch niet te lukken.

Cliënt is snel afgeleid en weet dan niet meer waar hij mee bezig was. Cliënt heeft duidelijk veel sturing nodig. Met die sturing en intensieve begeleiding kan Rick heus wel functioneren, maar dat vraagt om te grote aanpassingen voor een werkgever in de vrije arbeidsmarkt, dat hier gesteld kan worden dat er voor nu geen arbeidsvermogen is.

Vraag is wel of Rick dat arbeidsvermogen kan ontwikkelen. Met meer oefenen onder begeleiding of met de leeftijd. Cliënt is uiteindelijk nog erg jong, zeker gezien zijn verstandelijke beperking.

Vraag blijft hoe leerbaar cliënt is. De aandoeningen zullen niet herstellen of verbeteren, maar misschien kan cliënt wel zelfstandiger worden, waardoor hij in de toekomst wel arbeidsvermogen kan ontwikkelen. Al zijn mensen met een verstandelijke beperking en een chromosoomafwijking over het algemeen niet heel leerbaar. Maar om dat te beoordelen is een volledig spreekuur en beeld van de belastbaarheid nodig.

Weet je zeker dat je wilt terugkeren naar de wachtkamer?

Na het verlaten is het niet mogelijk om terug te keren naar deze onderzoekskamer.

Een verzekeringsarts vertelt:

’Je ervaring als arts gebruiken om mensen met een ziekte of beperking perspectief te geven op werk. Als verzekeringsarts bij UWV kan dat'.

Wetsinformatie

Bij de WIA ligt de focus op belastbaarheid en werken naar vermogen. De beoordeling is voor mensen die na 104 weken nog arbeidsongeschikt zijn voor het eigen werk of algemeen geaccepteerd werk. Eerder heb je gehoord over de term belastbaarheid en hoe we daarmee omgaan in een spreekuur. De belastbaarheid is essentieel voor een WIA-beoordeling. Aan de hand daarvan wordt het inkomensverlies berekend door de arbeidsdeskundige. Bij meer dan 35% inkomensverlies (in passend werk, rekening houdend met beperkingen van cliënt) ontstaat er recht op een uitkering. Het grootste deel van de uitkeringsgerechtigden heeft beperkingen maar kan in een passende functie wel werken. Deze groep wordt begeleid naar werk door UWV WERKbedrijf. Een kleiner percentage cliënten wordt (op medische gronden) volledig arbeidsongeschikt geacht. Enkele volledig arbeidsongeschikten komen in aanmerking voor een IVA (Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten). Dat houdt in dat zij duurzaam volledig arbeidsongeschikt zijn. Naast de volledige arbeidsongeschiktheid is er ook geen verbetering van de situatie te verwachten. Deze cliënten hoeven niet meer te solliciteren naar passend werk.

Als de gezondheid verbetert of verslechtert kan dat invloed hebben op de mogelijkheden om te werken. De verzekeringsarts geeft ook altijd aan wanneer een herbeoordeling dient plaats te vinden, meestal omdat de verzekeringsarts verwacht dat de aandoening is verbeterd en/of de beperkingen zijn afgenomen. De belastbaarheid wordt dan opnieuw in kaart gebracht en het inkomensverlies wordt met de nieuwe belastbaarheid weer berekend.

Voor de WIA is een voorbeeld van een korte casus met hoofdvraag: ‘Is er sprake van ziekte waaruit beperkingen volgen? En zo ja​, wat is de belastbaarheid?'.

Vragen die hierbij horen zijn: ‘welke aandoening heeft de cliënt?’ en ​'hoe ervaart de cliënt zijn belemmeringen?’.

Dossierstudie

Haar dossier bevat de volgende informatie:
Cliënt is werkzaam geweest als callcenter medewerkster voor 32 uur per week. 22 maanden geleden heeft cliënt zich arbeidsongeschikt gemeld voor dit werk vanwege gezondheidsklachten. Cliënt heeft een WIA-uitkering aangevraagd waarvoor vandaag een sociaal medische beoordeling plaatsvindt. Cliënt is aanvankelijk uitgevallen met griepachtige verschijnselen. Aansluitend ontwikkelde cliënt in toenemende mate psychische klachten waarvoor ze behandeling en begeleiding kreeg. Cliënt heeft het werk gedeeltelijk hervat, maar zowel in tijd als in taken nog niet volledig. Cliënt werkt vier dagen per week vier uur per dag, overwegend zonder rechtstreekse klantcontacten.

Haar dossier van de bedrijfsarts vermeldt het volgende:
Cliënt viel oorspronkelijk uit met klachten van koorts en algemene malaise die ruim een week aanhielden. Cliënt hield aansluiten klachten van vermoeidheid en kreeg vervolgens in toenemende mate ook last van slapeloosheid, vergeetachtigheid, piekeren en somberheid. De huisarts kon geen specifieke afwijkingen vaststellen en verwees haar naar de praktijkondersteuner met wie zij een goed contact had. Geleidelijk namen de klachten af en kreeg cliënt met hulp van haar dochter ook haar huishouden weer enigszins op orde. Tijdens een eerste poging tot werkhervatting kreeg cliënt echter een aanmerkelijke terugval met een duidelijke toename van klachten van somberheid. Er kwam niets meer uit haar handen. Zij kreeg vervolgens een medicamenteuze behandeling en psychologische begeleiding waarmee slechts zeer geleidelijk een verbetering optrad. Sinds de zomer is cliënt vanuit huis weer voorzichtig gestart met werkhervatting. Aanvankelijk twee dagen per week gedurende twee uur per dag.

Waarom is het dagverhaal zo belangrijk om uit te vragen?

Onderzoek psyche:

Aandacht goed te trekken en te behouden, normale concentratie tijdens het spreekuur. Wel wat sombere stemming, cliënt oogt moe.

Wil je graag informatie over de wet WIA?

Weet je zeker dat je wilt terugkeren naar de wachtkamer?

Na het verlaten is het niet mogelijk om terug te keren naar deze onderzoekskamer.